Toekomst en tapas

Toekomst en tapas

Robert en Ariane zijn net dertig als zij hun internetbedrijf kunnen verkopen. De vraag rijst: Stoppen we dit geld nu in een mooi huis ergens in de Randstad en blijft verder alles bij hetzelfde? Kantoorbanen, deadlines, files, donkere winters en 's zomers juist altijd goed-weer-stress...
 
Tegen alle verwachtingen in emigreren ze naar het Zuid-Spaanse Andalusië en ze settelen zich in Nerja ten oosten van Málaga. In dit pittoreske badplaatsje vinden ze vlak bij zee een veelbelovend pand dat ze ombouwen tot hun restaurant Bagels & Salads.
Zoals de meeste guiris (buitenlanders) heeft het stel echter zijn strubbelingen met de taal, bureaucratie, een natuurramp, personeel en met het opbouwen van een nieuw sociaal leven. Daarnaast bevindt de Spaanse economie zich in zwaar weer. Toch vinden ze met vallen en opstaan hun weg en raken ze steeds meer geïntegreerd in het Spaanse leven.
 
Ze krijgen een dochter - Donna - en de jonge familie verhuist naar het platteland tussen de avocadobomen. Idyllisch, want hun buurman is schapenherder en de weg naar huis leidt door een heus riviertje. Ten opzichte van hun keurig uitgestippelde leven in Nederland is werkelijk alles veranderd! Lees hoe een zonnig Mediterraans avontuur dagelijkse realiteit wordt.

Wil je het boek 'Toekomst en tapas' bestellen? Klik dan HIER

Alvast even in de sfeer komen? Hieronder vind je een deel uit het eerste hoofdstuk.

Met een onheilspellende knal begeeft onze tv het. Pfff, het zit sinds de emigratie een jaar geleden niet mee met onze inboedel! Eerder deze maand hebben ook onze vaatwasser en mijn broodbakmachine al het leven gelaten. Onze televisie is al aardig op leeftijd, maar we willen toch laten kijken of het beestje misschien nog te repareren is. Vanwege een feest ter ere van de zoveelste katholieke heilige zijn alle winkels echter dicht tot na het weekend. De avonden waarop we niet werken, brengen we dus noodgedwongen lezend door op het terras en we gaan vroeg naar bed. Eigenlijk ook niet verkeerd in dit drukke hoogseizoen met lange hete werkdagen in ons nieuwe restaurant. Na twee dagen onderzoek blijkt dat de beeldbuis helaas niet meer te maken is en de vriendelijke technicus rekent ons slechts vijf euro voor zijn tijd en moeite. Vijf euro! Waar hoor je dat tegenwoordig nog? Maar desondanks moeten we nu toch een nieuwe kopen. Met Spaanse of Chinese merken hebben we niet zulke goede ervaringen, dus we besluiten vaderlandslievend om voor een degelijke Philips te gaan. Volgens echte Nederlandse logica zoeken we eerst op het internet het best geteste model op. Jammer genoeg hebben ze dit exemplaar echter niet op voorraad bij de enige twee witgoedzaken in Nerja. No hay (Is er niet), zeggen ze dan, zo leren we al snel. “Bestellen? Dat gaat zeker drie weken duren”, meldt de verkoopster droog. We zijn dan wel geen tv-junks, maar zó lang willen we nou ook weer niet wachten. Daarnaast komen drie weken in Spanje meestal overeen met zeker zes weken in Nederland. We hadden eigenlijk gehoopt om vanavond al languit op de bank te liggen voor onze favoriete serie. De maandag is onze enige gezamenlijke vrije dag en na deze uitputtende week kunnen we wel wat ontspanning gebruiken! Dus rijden we snel naar de moderne shopping mall twintig kilometer vanaf Nerja richting Málaga.
 
toekomst-tapas-1
 
Onze uitverkorene staat prominent opgesteld in de showroom van de hypermarkt en het staaltje moderne techniek lacht ons al uitnodigend tegemoet. “Wat een geluk”, roepen we opgelucht, met de gedachte over een uurtje weer thuis te zijn. Ongeduldig wachten we meer dan een kwartier tot eindelijk iemand ons komt helpen. “HAL-LO! We wil-len geld uit-ge-ven!” Vervolgens blijkt heen en weer lopen tussen de afdeling en het magazijn de favoriete bezigheid van de medewerkers te zijn. Dat depot ligt helemaal aan de andere kant van de enorme hal en de voorraden worden hier zo te zien niet bijgehouden in de computer. Handig. Je zou natuurlijk ook één persoon met een telefoon in het magazijn kunnen zetten om tijd te besparen, maar goed. Na twintig minuten komt onze verkoper terug met de mededeling “No hay”. Punt. “Oh..., maar waarom staat hij hier dan als showroommodel?”, vragen we naïef. De verkoper trekt onnozel zijn schouders op, zonder dat hij de moeite neemt om verder uit te wijden. Bestellen? Uhm nee, daar doen ze hier niet aan. En door de uitdrukking op zijn gezicht krijgen we het idee alsof we werkelijk de eersten zijn die deze vraag stellen... “Hij is er vast wel volgende week”, oppert hij optimistisch. Met dit advies hebben we echter niet zulke goede ervaringen. Voor onze gewenste professionele blender zijn we in deze winkel wel acht keer terug geweest en het ding is nog steeds niet binnen! De verkoper voelt zich duidelijk totaal niet verantwoordelijk voor de gang van zaken. Sterker nog: hij kijkt alsof er geen vuiltje aan de lucht is. Normaal gesproken zijn we best geduldig, maar we raken nu toch wel echt geïrriteerd door het beruchte Spaanse serviceniveau. Het gaat hier wel om zijn halve maandsalaris! Inmiddels zijn we een half uur verder en we hebben geen trek in het showroom exemplaar zelf. Gedwee stappen we in de auto naar de volgende shopping mall, weer twintig kilometer verder, waar zich de hele situatie nog een keer herhaalt.
 
nerja-toekomst-tapas
 
Het is al avond en ik moet morgen vroeg opstaan om voor mijn dienst eerst nog inkopen te doen. We besluiten onze tijd dus niet verder te verdoen met onze stuntelige Spaanse discussies en rijden in de avondspits snel door naar Málaga. Wel handig dat veel winkels hier in ieder geval tot tien uur ‘s avonds open zijn. Op het internet heb ik vanochtend al een hypermoderne multimediazaak ontdekt vlak bij het vliegveld die onze toekomstige oogappel wel op voorraad zou moeten hebben. De website leek up-to-date en dat wil in Spanje heel wat zeggen. En ook niet vervelend; de tv is online zelfs honderd euro goedkoper. De verkoopster is een echte guapetona (schoonheid), zoals ze hier zeggen, maar ze is met van alles bezig behalve haar klanten. Ze ratelt onafgebroken aan de telefoon, waarbij ze stoïcijns haar perfect gelakte nagels bestudeert. Ik vraag me ongeduldig af of ze niet gewoon privé aan het bellen is, terwijl er nog meer zuchtende mensen achter ons aansluiten in de rij. In de zaak zijn nog vijf verkopers aanwezig en die vervelen zich zichtbaar. Maar ja. TV is hun afdeling niet.
Na een kwartier worden we eindelijk door de verkooptroela geholpen. Ze weet ons te melden dat ze de tv hier inderdaad op voorraad hebben. We onderdrukken een luid JOEHOE! Maar..., tegen de internetprijs krijgen we hem natuurlijk niet mee.
 
“¿Perdona?”, vragen we niet-begrijpend. “Jullie hebben hem toch ook niet besteld via het internet”, verklaart ze droog. Tjongejongejonge, wat een service! Oké, we snappen dat deze keten het bezoek aan de website wil stimuleren, waarvoor hulde. Vandaar die korting, natuurlijk. Het stomme is alleen dat je je bestelling vervolgens alsnog zelf mag komen ophalen in de winkel en dat kan pas na drie werkdagen! Aan huis leveren doen ze namelijk niet. Wij stáán hier nu toch en kunnen de versgebakken flatscreen zo in het schap zien staan. Ik voel me moe, gefrustreerd en krijg visioenen van paarse krokodillen. Maar we krijgen er geen speld tussen. Mopperend rekenen we het volle bedrag af en we stappen weer in de auto. Moegestreden, maar tenminste wel met het exacte product dat we wilden hebben.
Dit soort onbenullige maar tenenkrommende praktijken maken we dus wel vaker mee. Spanjaarden zijn echt niet dommer of luier dan de rest van de Europeanen, daarvan ben ik overtuigd.
Ze zijn alleen gewoon niet kritisch en - voor niemand een geheim - het is een echte volksmentaliteit. Leraren zijn niet gesteld op discussies met hun leerlingen en artsen zijn niet gewend aan kritische vragen. Ik weet niet of dit te maken heeft met het harde Francoregime van in de vorige eeuw, maar hiërarchie wordt de Spanjaard met de paplepel ingegoten. In het bedrijfsleven is het dus ongepast om openlijk goedbedoelde suggesties te leveren aan je baas of zelfs maar aan een collega. Die zou dat namelijk best eens kunnen opvatten als kritiek en dat moet je natuurlijk
niet riskeren. Dat geldt al helemaal voor ambtenaren. Die heeft zijn functie namelijk vaak voor de rest van zijn leven, waardoor de kans groot is dat je nog héél lang met elkaar opgescheept zit.
En dus blijven de dingen zoals ze zijn, terwijl iedereen werkelijk best weet dat het beter kan.
 
nerja-toekomst-tapas-2
 
Als de adrenaline weer gezakt is, bedenk ik dat we ook niet zo kritisch moeten zijn. Je kunt niet uit Nederland vertrekken, omdat het leven er te jachtig of te perfectionistisch is, om vervolgens teklagen dat de Españolen niet kunnen organiseren. Vaak is deze easy-going instelling wel lekker relaxed en halen ook wij in zo’n situatie meestal gewoon onze schouders op. Eigenlijk heb ik zelfs een hekel aan die overkritische buitenlanders in Spanje die alleen maar klagen en zeuren over hun nieuwe thuisland. Ga dan ergens anders wonen. Het leven onder de Spaanse zon is verder immers prachtig.
Voor ons Tv-programma zijn we nu toch al te laat, dus besluiten we van de nood een deugd te maken. Met rammelende honger stoppen we bij een gezellig restaurantje in het altijd levendige oude centrum van Málaga. We bestellen gambas pil-pil (grote garnalen in kokendhete pittige knoflookolie), één van mijn favoriete gerechten. Het water loopt me in de mond, als ik de heerlijke Mediterraanse geuren uit de keuken ruik. De hippe kauwgomkauwende serveerster komt tien minuten later echter terug zonder eten en meldt - je raadt het vast al - “No hay”.
Ze kijkt ons verbaasd na als we eensgezind opstaan met een mompelend
“Laat maar zitten dan”.

Deel dit artikel via: